De “Gestalte”….. Translation in progres
Het zal 2010 geweest zijn toen ik het werk van Barbara Houwers voor de eerste keer zag. Gebiologeerd keek ik naar die gestalte op dat enorme doek, naar de menselijke vorm die zich verdichtte in de omgeving. De gestalte zag me, leek de alleenheid te kennen die elk mens kent en die ik op dat moment als pijnlijk ervoer. De magische gestalte bleek onlosmakelijk verbonden te zijn met Barbara.
In de jaren daarna trok de gestalte aan me voorbij in vele gedaanten. In grijs- en aardetinten, op grote en kleine doeken, uitbundig van kleur of juist gedempt, met grote en kleine toets, tijdens exposities, in haar atelier en aan de wand achter haar keukentafel. Een parade van vormen die op de voorgrond traden, die zich onderscheidden, zich uitbundig presenteerden. Of die soms liever op de achtergrond bleven, in zichzelf gekeerd, en leken te verdwijnen of op te lossen.
De gestalte ontstond in de jaren negentig na een dansvoorstelling die diepe indruk had gemaakt, vertelde ze me een keer toen ik ernaar vroeg. ‘Een danser danste haar dans in een levensgrote doos, op een immens leeg toneel. Als toeschouwer vroeg ik me af wanneer ze eruit zou komen, maar dat deed ze niet, Ze maakte van deze kleine ruimte haar wereld, de hele voorstelling lang. Als beginnend kunstenaar was ik gefascineerd door dit prachtige en zeer krachtige beeld.” Maar was de gestalte in de beperkte ruimte na zoveel jaar nog steeds de bron voor haar kunst? Ze besloot tot een periode van inspiratie en vernieuwing, zodat nieuwe thema’s en vormen zich konden aandienen.
Ze verdiepte zich in 3D-scanning en 3D-printing en bracht na vele weken onderzoek en uitproberen uiteindelijk eerst een collectie objecten uit, gevolgd door een serie intrigerende opengewerkte – jawel – gestaltes.
Ze gunde zichzelf ook een tijdelijk atelier in het Dresselhuyspaviljoen op Landgoed Zonnestraal in Loosdrecht, een monumentaal gebouw van glas en beton dat van buiten gerenoveerd was, maar van binnen nog onafgewerkt en kaal. Een ideale omgeving voor herbronning. Ze ging terug naar de kern, met fundamenteel materiaalonderzoek: experimenten met pigmenten en met het paletmes. Op de kale muren verschenen doeken met zich herhalende toetsen in het kenmerkende wit, blauw en groen van de omgeving. Met de benen op tafel bekeken we een paar weken later haar nieuwe werk. De herhalende toetsen waren intrigerend. Bekeek je het werk van veraf, dan vormden die toetsen een veelkleurige eenheid. Maar dichterbij was duidelijk dat elke toets zich onderscheidde van de andere. Net zoals een mens zich onderscheidt in de mensenmassa als je inzoomt.
Zoom in, zoom uit; de gestalte en de massa.
De afgelopen jaren zijn ze er weer zoals vanouds: de gestaltes. ‘Ik heb het losgelaten, ik laat mezelf los’, vertelt ze. ‘De gestaltes hebben zich losgezongen van waar ze ooit ontstonden.’
‘De gestaltes geven vorm aan mijn liefde voor herhaling en structuur. Ze weerspiegelen een innerlijke zoektocht, een zoektocht naar verbinding. Mijn verbinding met de gestaltes, maar ook de verbinding met de omgeving, en met elkaar. En soms bestaat die alleen uit de pijn die je met elkaar deelt. En soms is daar de Liefde.’
Gestalte II
Voor mij is het helder dat het mooiste werk ontstaat als de ziel zich onbelemmerd kan uitdrukken via ontwikkeld talent. Om zo een uniek perspectief te geven op de werkelijkheid. Of vorm te geven aan wat niet gezien is, maar wel gevoeld, bewust en onbewust. Komen niet de mooiste songs ter wereld voort uit liefdesverdriet? En zijn niet de indrukwekkendste boeken ontstaan uit een zwaar leven? Barbara had wat dat betreft de wind mee. In haar leven gebeurde genoeg dat tot expressie gebracht wilde worden, maar waar geen ruimte voor was. Ze groeide op in een complex gezin met vier kinderen. Als oudste meisje had Barbara nauwelijks tijd om kind te zijn.
Toen ze op haar dertiende verjaardag haar eerste schildersspullen kreeg, juichte haar ziel. Ze vertelde me dat het leek of het schilderen vanzelf ging. Ze voelde precies wat ze met het materiaal kon doen en besefte onmiddellijk dat het schilderen haar in contact bracht met een bron van kracht en vreugde waar ze voortaan altijd aanspraak op zou kunnen maken, en die haar door het leven zou trekken.
Beeldende kunst werd een urgentie, een levensbehoefte, een manier om gelukkig te zijn, het verleden te helen, de stroom van het leven te voelen. Als tiener verliet ze het ouderlijk huis zodra het kon. Ze werd opgeleid tot docent kunstonderwijs en gaf acht jaar fulltime les aan kinderen uit probleemgezinnen. In hen herkende ze zichzelf: in hun onvoorwaardelijke liefde, hun veerkracht en in hun bagage. Tijdens haar lessen mocht ze getuige zijn van het mystieke alchemistische proces van creatieve expressie dat bagage transformeert in schoonheid en diepgang. Op haar 34e besloot ze kunst de centrale plek in haar leven te geven die het verdiende. Sinds 1992 werkt Barbara als professioneel kunstenaar, vooral in klei en acryl. Haar gestaltes hangen en staan ondertussen over de hele wereld, van Naarden tot New York. Waar ze iedereen raken die zich herkent.